Bij de beoordeling van aanvragen om inschrijving in het register van Europees ergonomen wordt gekeken of aan onderstaande eisen m.b.t. kennis, vaardigheden en werkzaamheden is voldaan.
Kennis
Europese ergonomen beschikken over een wetenschappelijke of hogere beroepsopleiding. Daarnaast hebben zij voldoende kennis verworven op alle deelgebieden van de ergonomie alsmede op het gebied van het integraal ergonomisch ontwerpen. Voorbeelden van kennisgebieden zijn: systeemtheorie, arbeidsanalyse, statistiek en onderzoeksopzet, sociale en organisatorische aspecten, fysische omgeving, psychologie, menseigenschappen, etc. Bij de aanvraag wordt de verworven kennis beoordeeld aan de hand van gerealiseerde studie-uren. Totaal zijn minimaal 600 studie-uren voor de specifieke ergonomie kennisvelden vereist.
Vaardigheden
Een Europese ergonoom beschikt over tenminste drie jaar praktijkervaring na het verwerven van de vereiste kennis. In deze periode moeten meerdere ergonomie-projecten uitgevoerd zijn. Inzage in deze projecten wordt verlangd in de vorm van projectbeschrijvingen waarin zowel de aanpak van het probleem als het resultaat en de eigen bijdragen worden beschreven. In de ergonomie-projecten moet het integrale karakter van de toegepaste ergonomie tot uiting komen. De doorlopen stappen van het ergonomie-ontwerpproces moeten uit de beschrijving blijken. Bij ieder opgegeven project dient men een referent te noemen.
Werkzaamheden
De Europees ergonoom zal in de praktijk ook als ergonoom werkzaam moeten zijn. Dit komt er op neer dat de Europees ergonoom, in zijn of haar huidige functie, het merendeel (>50%) van de werktijd besteedt aan ergonomisch advies, ergonomisch ontwerpen en/of ergonomisch onderzoek. De tijdsbesteding ten behoeve van het leidinggeven aan ergonomie-activiteiten, het lesgeven in de ergonomie en/of het bezig zijn op aanverwante terreinen worden slechts voor een deel meegeteld bij deze beoordeling.